Maai het gras nog één keer als het weer zacht is (boven 6°C).
Stel de maaier in op een hogere stand(4–5 cm) om het gazon te beschermen tegen vorst.
Maai alleen bij droog weer en vermijd maaien als de bodem zompig is.
Verwijder gevallen bladeren regelmatig met een hark of bladblazer.
Een dikke laag bladeren verstikt het gras en verhoogt de kans op schimmel.

November is een uitstekend moment om kalk te strooien.
Kalk verhoogt de pH-waarde van de bodem en maakt voedingsstoffen beter beschikbaar.
Gebruik een bodemtest om te bepalen of kalk nodig is.
Prik met een riek of beluchtingsvork gaten in plekken waar water blijft staan.
Dit voorkomt mosvorming en wortelrot in de winter.
Overweeg zand in te werken op natte plekken voor betere drainage.
Maak de maaier schoon en slijp de messen voor het nieuwe seizoen.
Berg tuingereedschap droog op en controleer op roest of slijtage.
Laat eventueel een onderhoudsbeurt uitvoeren bij een tuinmachinebedrijf.
Gras is kwetsbaar bij vorst — lopen erop kan bruine plekken veroorzaken.
Zet eventueel een tijdelijk pad of loopplank als je erdoorheen moet.
Noteer alvast taken voor maart/april: verticuteren, bemesten, doorzaaien.
Overweeg een voorjaarsmeststof te bestellen zodat je klaar bent zodra de temperatuur stijgt.